Wat is Downsyndroom ?
Jaarlijks worden er in Nederland ca. 200 baby's met Downsyndroom geboren. Door
velen worden zij helaas nog steeds "mongooltjes" of "mongoloïde" genoemd. Deze
benaming is in de vorige eeuw ontstaan, toen men dacht dat het hier ging om een
stap terug in de evolutie, van het "superieure blanke ras" naar Aziaten. Die
werden toen namelijk nog met de verzamelnaam "Mongolen" aangeduid. Uiteraard is
deze opvatting niet meer houdbaar. Alleen wanneer we over inwoners van Mongolië,
spreken, een land gelegen ten Noorden van China, is het woord "Mongolen" op zijn
plaats. In alle andere gevallen is sprake van een oneigenlijk taalgebruik.
Een andere reden om het op zich al onjuiste woord "mongool" niet voor iemand met
Downsyndroom te gebruiken is het feit, dat dit woord in Nederland ook de
betekenis van een scheldwoord heeft gekregen. Momenteel wordt daarom de voorkeur
gegeven aan de term "Downsyndroom" of "syndroom van Down", genoemd naar de
Engelse arts die in 1866 het syndroom als eerste beschreef.
Hoe ontstaat het ?
De oorzaak van Downsyndroom is een andersoortige celdeling voor of vlak na de
bevruchting. Het gevolg hiervan is een zogeheten trisomie 21. Dit
betekent dat er in de lichaamscellen van het kind geen twee maar drie exemplaren
van het 21e chromosoom aanwezig zijn. In een klein aantal gevallen is er sprake
van een erfelijke oorzaak (z.g. translocatie-trisomie), maar meestal betreft het
de niet erfelijke vorm.
Het vermoeden dat een baby Downsyndroom heeft wordt tegenwoordig altijd nader
onderzocht door middel van een chromosomenonderzoek. Hiervoor wordt bij het kind
een beetje bloed afgenomen. Met dit onderzoek wordt ook nagegaan of het om de
erfelijke of om niet erfelijke vorm gaat.
Wat zijn de gevolgen ?
Mensen met Downsyndroom hebben enkele karakteristieke uiterlijke kenmerken,
waardoor zij meestal duidelijk herkenbaar zijn. Op medisch gebied kunnen zich de
nodige problemen voordoen. Zo wordt bijna de helft van hen geboren met een
hartafwijking, die overigens in veel gevallen operatief te behandelen is.
Preventief geneeskundig onderzoek door artsen of therapeuten die veel kinderen
met Downsyndroom zien is van groot belang.
Om daarin beter te voorzien zijn er in de afgelopen jaren op verschillende
plaatsen specifieke
Downsyndroom
Teams opgericht. Door eventuele problemen met de gezondheid vroegtijdig te
behandelen zijn de kansen op een goede gezondheid en een betere
levensverwachting sterk toegenomen.
Kinderen met Downsyndroom ontwikkelen zich trager dan andere kinderen, zowel
lichamelijk als verstandelijk. Er is echter een grote variatie in wat ze kunnen
bereiken. Niet alleen hun aanleg, maar vooral ook de mogelijkheden die hen
geboden worden in hun omgeving spelen daarbij een belangrijke rol.
Na het stellen van de diagnose
Het aanhoren van de diagnose Downsyndroom is voor de meeste (aanstaande) ouders
een grote schok, of dat nu voor of na de geboorte van de baby plaats vindt.
Verwachtingen en toekomstplannen vallen in duigen. Verdriet, onzekerheid, en
soms zelfs afkeer komen daarvoor in de plaats. Per jaar krijgen tientallen
aanstaande ouders al tijdens de zwangerschap de diagnose te horen. Veruit de
meeste ouders horen echter pas direct na de geboorte wat er aan de hand is. Soms
gaan er ook nog wel enige weken voorbij voordat de diagnose duidelijk is.
Gelukkig is het meestal zo dat het eerste verdriet na verloop van tijd minder
wordt en dat daar het genieten van en met het kind voor in de plaats komt. Dat
heeft dan een eigen plaats in het leven gekregen.
Kinderen met Downsyndroom zijn zeker geen zielige kasplantjes. Ze zijn even
lief, ondeugend en eigenwijs als hun broertjes en zusjes. Kortom: kinderen om
net zo veel van te houden!
Ouders die net de diagnose "Downsyndroom" over hun baby hebben horen uitspreken,
of dat nu voor of na de geboorte is, doen er goed aan
zo spoedig
mogelijk contact op te nemen met de Stichting Downsyndroom. Ook al betekent
dat misschien het overschrijden van een drempel, is het toch niet verstandig om
dat eerste contact uit te stellen. De SDS beschikt namelijk over een schat aan
informatie die al in de beslissende dagen na een prenataal onderzoek of de
eerste dagen na de geboorte van de baby van groot nut kan zijn. Bovendien leert
de ervaring dat "nieuwe" ouders het contact met andere moeders en/of vaders van
jonge kinderen met Downsyndroom als buitengewoon positief en ondersteunend
ervaren.
Mogelijkheden
Net als ieder ander ontwikkelt een kind met Downsyndroom allerlei vaardigheden.
Het tempo waarin dit gebeurt is echter vrijwel altijd langzamer dan bij "gewone"
kinderen, terwijl ook lang niet altijd hetzelfde eindniveau wordt bereikt. Ook
hier geldt weer, dat er een zeer grote variatie mogelijk is. Gebleken is dat bij
een juiste manier van begeleiden en stimuleren kinderen met Downsyndroom veel
meer kunnen leren dan vroeger werd gedacht. Hoewel in Nederland de zorg voor
mensen met een verstandelijke belemmering op een heel behoorlijk peil staat, was
er tot voor enkele jaren geen enkel begeleidings- en stimuleringsprogramma voor
jonge kinderen met ontwikkelingsachterstand beschikbaar.
De Stichting Downsyndroom heeft hier het initiatief in genomen. Het trefwoord is
"early intervention". Verder kwam de integratie van kinderen met Downsyndroom in
het gewone onderwijs, hetgeen in veel landen al lang gebeurt, tot voor een
aantal jaren in Nederland nauwelijks van de grond. Gelukkig zien we dat nu ook
snel veranderen. Tegenwoordig beginnen heel veel kinderen met Downsyndroom in
het reguliere circuit. Basisscholen krijgen nu extra faciliteiten en de
pedagogische resultaten zijn zonder meer hoopvol te noemen. Bovendien komt er
steeds meer goede informatie beschikbaar over de onderwijskundige behoeften van
kinderen met Downsyndroom.
Tenslotte de kansen op passend werk voor volwassenen met Downsyndroom: nog
teveel van hen hebben nu geen zinvolle dagbesteding en functioneren daardoor
onder hun mogelijkheden. De komende jaren zal het scheppen van geschikte
arbeidsplaatsen, zowel in de beschutte sfeer als in het vrije bedrijfsleven,
aandacht vragen
webdesign Ine 2005